De teneur van het artikel was vrij negatief voor LinkedIn. In deze tijden van sociale media zou je nochtans iets anders verwachten. Maar het is ondermeer door het toenemende succes van andere sociale media en het gebruik er van voor zakelijke doeleinden, dat LinkedIn in de schijnwerpers staat.

De WSJ geeft het voorbeeld van een zakelijke gebruiker (een makelaar in onroerend goed) die maar een paar keren per week inlogt op haar LinkedIn account omdat ze niet goed weet wat er mee aan te vangen en wat er uit te halen. Facebook gebruikt ze dan weer dagelijks, zowel voor privé contacten als voor zakelijke contacten.

Misschien ligt daar al een uitdaging voor LinkedIn: het bekende zakelijke netwerk is immers enkel bedoeld voor, inderdaad, zakelijke contacten.

De WSJ schrijft dat LinkedIn vandaag vooral gebruikt wordt voor het posten van je CV en het vinden van geschikte werknemers. Maar dat beeld klopt eigenlijk niet volledig. LinkedIn is veel meer dan dat en je kunt er veel meer uit halen. Alleen weten de meeste mensen blijkbaar niet goed hoe.

Toch heeft de WSJ ook gelijk: het gebruik van LinkedIn blijft voor velen beperkt. Het aantal gebruikers van LinkedIn blijft wel groeien: eind november haalde LinkedIn de kaap van 53,6 miljoen gebruikers, een jaar eerder was dat nog 31,5 miljoen. Mooie resultaten maar toch beperkt als je weet dat Facebook in diezelfde periode de kaap van 350 miljoen leden had gerond.

Bovendien vallen die absolute cijfers in het niet als je kijkt naar de tijd die mensen besteden aan LinkedIn. De WSJ verwijst hierbij naar cijfers van comScore dat vond dat in de maand oktober van vorig jaar LinkedIn gebruikers gemiddeld 13 minuten besteden aan de site.

En dat is zeer weinig als je weet dat de gemiddelde Facebook-gebruiker goed was voor 213 minuten en de gemiddelde MySpace-gebruiker voor 87 minuten. Voor de goede orde: comScore keek naar wereldwijde gebruikers die ouder zijn dan 15 jaar.