Alvast een duidelijke conclusie: ‘hot’ in de zin van ‘effectief vaak gebruiken’ heeft niets te maken met ‘hot’ in de zin van ‘druk besproken’.

Zo blijkt de gemiddelde interactieve marketeer vooral te vertrouwen op interactieve kanalen die hebben bewezen wat ze waard zijn zoals e-mail marketing, search en display advertising.

Ze worden qua gebruik gevolgd door branded microsites, video (door de marketingafdeling geproduceerd) en targeting: contextual en behavioral.

Het gebruik van user-generated content, social networks, blogs en andere podcasts is wel gegroeid maar het blijft al bij al voorlopig toch nog relatief beperkt. Al rangschikt Forrester één en ander toch in de categorie ‘up-and-comers’.

Helemaal onderaan bengelen mobiele tekstberichtjes, WAP-sites, in-game ads en product placement, en virtuele werelden à la Second Life.

Op de vraag wat hen zou kunnen overhalen om te starten met opkomende interactieve kanalen, blijkt dat vooral het gebruik door anderen (we stoppen ons geld dus waar anderen het in stoppen) en case studies die de efficiëntie van één en ander bewijzen, hoog op het lijstje staan. Het mag dus ook niet verwonderen dat meetbaarheid cruciaal is voor veel respondenten.

De aanbieders weten dus wat te doen: metrics en vooral goed uitgewerkte en verifieerbare cases. Wie zei ook al weer dat de case study en white paper dood waren?

Later deze week organiseert Forrester een teleconferentie die helaas al volgeboekt is maar je kunt wel een vrij exhaustieve PowerPoint-samenvatting bekijken op deze link: http://www.forrester.com/Events/Content/0,5180,-1667,00.ppt