De waarde van de pageview in het 2.0 tijdperk

Steve Rubel van Micropersuasion gooide eerder deze week nog eens de stok in het heilige hoenderhuis van de pageview. Pageviews en impressies zijn nog steeds vaak gebruikte parameters in het hele proces van de online display advertising en in de verloning er van, voor zover de campagne natuurlijk niet resultaatgebaseerd is (wat ik eigenlijk nog erger vind, maar dat is voor een andere keer).

post-image-3
Er is iets aan de hand met die pageview. In een wereld waarin surfers gebruiksvriendelijke 2.0 Rich Internet toepassingen krijgen voorgeschoteld op basis van Flash, AJAX - en wat nog meer - zonder dat die volledige webpagina moet worden ‘gerefreshed’ is de pageview al lang geen relevante parameter meer.

Neem nu bijvoorbeeld het Flash-fotoalbum van Digimedia: of je daar nu één foto bekijkt of 200, het doet er niet toe, het is en blijft één pageview. Stel je nu voor dat elk van die zelfde foto’s relatief statisch in een aparte pagina zou zijn opgenomen, dan heb je 200 pageviews…

Rubel geeft enkele alternatieven voor het meten in de toekomst: ‘events’ (zeg maar interacties) die kunnen worden gemeten met heel wat Analytics tools, inclusief het gratis Google Analytics, maar voorlopig niet door adverteerdersreferenties als comScore. Trouwens: iedereen praat en denkt nog in unique visitors en pageviews, niemand over ‘events’.

Een andere metric zou voor Rubel kunnen ‘de tijd die de surfer op een pagina heeft doorgebracht’ zijn. Ja, dat is ook een manier en zo zie je tenminste de graad van interactieve van de ‘participerende surfer’. Maar ook daar zijn bezwaren tegen.
 
Voorlopig is het dus afwachten en verder tellen in pageviews. Voor uitgevers als ondergetekende is de verlokking om dankzij de truken van de foor dat aantal impressies op te trekken soms wel erg groot.
Back to top button
Close
Close