De storing begon rond 07:11 GMT in het AWS-datacenter in Ashburn, Virginia, het oudste en grootste datacenter van de cloudgigant. Volgens Amazon ontstond het probleem door een defect in het netwerkmonitoringssysteem, dat verantwoordelijk is voor de verdeling van de serverbelasting. Dit leidde tot het uitvallen van 113 AWS-diensten, waaronder de veelgebruikte database DynamoDB. Daarnaast veroorzaakte een fout in het Domain Name System (DNS) dat veel applicaties niet konden communiceren met de juiste servers.

Impact op gebruikers en diensten

De impact was wereldwijd voelbaar: via meldingen op platforms als Downdetector werden meer dan 4 miljoen storingsgevallen geregistreerd. Naast sociale media en gamingdiensten werden ook financiële platforms en productiviteitstools getroffen. Zo ondervonden onder andere banken als Lloyds en Halifax, alsmede de cryptobeurs Coinbase, inlogproblemen.

Herstelproces

Amazon slaagde erin om de meeste diensten binnen drie uur weer operationeel te krijgen, door het tijdelijk beperken van nieuwe serveraanvragen en het inzetten van herstelmaatregelen. Desondanks duurde het herstelproces enkele uren langer vanwege de achterstand in gegevensverwerking.

Deze storing benadrukt de afhankelijkheid van de wereldwijde digitale infrastructuur van een beperkt aantal grote cloudproviders. Experts waarschuwen dat deze centralisatie risico’s met zich meebrengt en pleiten voor een robuustere infrastructuur met meer redundantie en failover-opties. Bedrijven wordt geadviseerd hun diensten te spreiden over meerdere cloudplatforms om toekomstige risico’s te beperken.