Met een groeipercentage van 123% ten opzichte van Q4 2012, is België wereldwijd op jaarbasis de sterkste groeier in deze categorie. Parallel steeg ook het IPv6-verkeer in ons land tot 4,7%, een stijging met 23% in vergelijking met het derde kwartaal. Daarmee bekleden we plaats zeven in de ranglijst.

Ook voor wat betreft het aantal vaste breedbandbandverbindingen van 4Mbps of meer scoort België goed, met 79% van het totaal. Wereldwijd komt ons land hiermee op een 13e plaats, nog voor landen zoals Duitsland (75%), Zweden (53%) en Frankrijk (69%). Hoewel ons land iets is gedaald in de wereldranglijst van landen met de hoogste gemiddelde snelheid (van een 9e positie in Q3 naar een 11e plaats in Q4), is die gemiddelde snelheid in het vierde kwartaal toch iets toegenomen, van 9,7Mbps naar 9,8Mbps. Wereldwijd blijft Korea de ranglijsten aanvoeren: 71% van het internetverkeer daar is sneller dan 10Mbps, terwijl de gemiddelde snelheid in dat land in Q4 21,9Mbps bedroeg.

“Dit nieuwe rapport van Akamai laat goed zien dat België een uitstekende en snelle internetinfrastructuur bezit. Dit geeft een positief signaal richting het bedrijfsleven en de politiek, dat zich in onze optiek sterker zou moeten focussen op de digitale economie”, zegt Danielle Jacobs, Directeur van BELTUG, de grootste Belgische associatie van ICT managers.

DDoS-aanvallen wereldwijd toegenomen

Akamai onderzocht naast de snelheid ook de veiligheid van het internet. Distributed Denial of Service of DDoS-aanvallen kunnen bijvoorbeeld het internetverkeer van en naar aangevallen websites blokkeren en bedrijven volledig lamleggen. Met 346 van zulke aanvallen is het aantal in het vierde kwartaal van 2013 met bijna een kwart (23%) toegenomen ten opzichte van Q3. 38 ervan waren gericht op organisaties in EMEA. In 2013 waren er zo 1.153 DDoS-aanvallen, een toename van 50% ten opzichte van 2012.

Het grootste deel van het waargenomen aanvalsverkeer was afkomstig uit China (43%). De VS steeg in Q4 naar de tweede positie, met 19% van het totaal, gevolgd door Canada (10%). Indonesië, dat in Q2 nog de grootste bron was van aanvalsverkeer, daalde verder naar een vierde plaats (5,7%). Europese landen waren gezamenlijk verantwoordelijk voor iets meer dan 11% van het waargenomen aanvalsverkeer.